Ook al kent de natuur geen boomsnoei, toch is het wel degelijk zinvol om bomen regelmatig te snoeien. Op deze wijze kan je je bomen namelijk een vorm geven en in vorm houden, d.w.z. stimuleren tot bloesem- en vruchtvorming. Bovendien bevorder je zo de groei en voorkom je ziekten en schimmelinfecties. Hier vind je nuttige informatie over het juiste moment en de juiste techniek.
Net als bij alle andere verzorgingswerkzaamheden in de tuin geldt ook voor het snoeien van bomen dat goede timing het halve werk is. De beste maanden zijn februari en maart, als de strengste vorst voorbij is. Door te vroeg te snoeien tast je de vorstbestendigheid van een boom aan en bij te laat snoeien kan je reeds gevormde knoppen beschadigen. Het is belangrijk dat je je bomen uitsluitend snoeit op dagen dat het niet vriest.
Gebruik altijd scherp gereedschap voor het snoeien, zodat je gladde sneden maakt. Om de natuurlijke groeivorm te behouden, moet je iedere hoofdtak zodanig inkorten dat de kroon aan alle kanten gelijkmatig wordt verkleind.
Let erop dat je de snede altijd vlak boven een bladknop (oog) en met een licht schuin verloop maakt, zodat het water later gemakkelijk van het snijvlak af kan lopen. De takkraag, de verdikking aan de basis van iedere tak, moet je in alle gevallen laten staan, omdat deze de wond helpt sluiten. Een takkraag ontstaat door de integratie van een tak in het hout van de stam. Ieder jaar groeit de tak als eerste en neemt in dikte toe. Later, in de loop van het jaar, groeit ook de stam en schuift over een deel van de takbasis heen.
Plaats daarom de zaag niet te dicht bij de stam, omdat je dan de takkraag beschadigt. Dat heeft als gevolg dat de wond zich niet kan sluiten en de boom vatbaar wordt voor schimmelziekten.
Zaag echter ook niet te ver van de stam af, want te grote stompen kunnen niet meer verder groeien. De gevolgen daarvan zijn dat schimmels en rottingsbacteriën gemakkelijker kunnen binnendringen en dat de stomp afsterft.
Als je een tak alleen inkort, is het niet nodig om vlak bij de takkraag, boven de verdikking tussen stam en tak, te snoeien. Het is belangrijk dat je goed let op mogelijk aanwezige knoppen en dat je vlak boven een bladknop (ca. 5 mm) snoeit. Zet de snede of knip schuin, zodat het water goed van het snijvlak af kan lopen. Ook in dit geval moet je niet te veel scheut boven de knop laten staan en niet té schuin knippen, zodat de wond zo klein mogelijk blijft.
Stap voor stap
Een dikke tak zaag je in drie stukken af, om te voorkomen dat de zware tak uit de stam scheurt. Een goede verzorging na deze operatie helpt de wond om sneller te sluiten en verhindert het binnendringen van virussen, bacteriën en schimmels. We laten hier stap voor stap zien hoe je een dikke tak afzaagt.
Deze onderwerpen kunnen je ook interesseren