Vaste planten

Vaste planten zijn kruidachtige, overblijvende (meerjarige) planten die zich ieder jaar onder de grond vermeerderen en nieuwe bladeren en bloemen vormen. Er bestaan vele verschillende vaste planten, met zeer uiteenlopende vereisten voor hun standplaats. De aanwijzingen daarvoor staan gewoonlijk op het plantenetiket in de pot van de vaste plant. Hier zijn enkele voorbeelden:

• Bodembedekkende vaste planten: voedings- en humusarme, doorlatende bodem
• Rotstuinplanten: arme bodem
• Vaste planten voor bloembedden en borders: zonnige of halfschaduwrijke standplaatsen en losse bodem
• Vaste planten aan randen van beplantingen en in de schaduw: houden van de nabijheid van struiken en bomen
• Vaste snijbloemen: staan graag op zonnige of halfschaduwrijke standplaatsen
• Vaste planten voor individuele aanplant:  grote behoefte aan ruimte
• Kruiden en specerijenplanten: hebben veel zon nodig

Bereid het plantbed zorgvuldig voor. Alle wortelonkruiden, bijvoorbeeld grassen en zevenblad, moeten worden verwijderd en de grond moet worden losgemaakt. Vaste planten houden van een goed doorluchte tuinbodem. De voedingsstoffen en het vocht moeten door de bodem worden vastgehouden. Waterverzadiging kunnen vaste planten niet verdragen.

Ondanks de verschillende eisen, zijn er een aantal fundamentele punten om aan te denken:

• Bevochtig vóór het planten de aardekluit goed (dompelmethode).
• Houd rekening met de verwachte afmetingen van de planten. Bij een te dichte beplanting worden de kleinere vaste planten verdrongen door de grotere.
• Graaf een groot plantgat, voeg daar plantenaarde aan toe en plaats de vaste plant erin.
• Druk de plant goed aan met uw handen.
• Geef de pas geplante vaste plant veel water.

Geef de vaste planten regelmatig water, maar vermijd waterverzadiging.

Gebruik bij voorkeur een meststof die optimaal is afgestemd op de behoeften van vaste planten.

Na de eerste bloei moeten sommige vaste planten worden teruggesnoeid. In de herfst bloeien ze dan een tweede keer.

Veel winterschade aan vaste planten wordt veroorzaakt door verdamping. Door de winterzon droogt de plant uit en wordt bruin. Als je de planten afdekt, worden ze beschermd tegen uitdroging. Ook is het belangrijk om tijdig te stoppen met bemesten. Uiterlijk in juni moet je stoppen het bemesten van je vaste planten.

Als je wilt voorkomen dat de zaden worden uitgezaaid, moet je de bloemen kort na de bloei afsnijden. Als je echter wilt dat de vaste plant zich via de zaden verspreidt, laat je de bloemen staan.